Dag 136 t/m 151 Senegal
Door: Diënne en Coen
Blijf op de hoogte en volg Diënne en Coen Demmer
26 April 2006 | Senegal, Dakar
In St. Louis rusten we wat uit en treffen Salva (een Spaanse fietser opweg naar Zuid Afrika) die we al eerder op onze reis ontmoet hebben. We brengen de dagen door met sightseeing, lezen en praten met andere reisigers. St. Louis is een mooie stad met nog een sfeer van de koloniale dagen aan het einde van de 19e eeuw.
Dag 141, 01-04-2006:
St. Louis - Ross Bethio
Na een heerlijk relax weekje in, het eiland stadje, St. Louis gaan we verder. We hebben besloten om de Senegalrivier af te gaan naar het oosten en dan door het midden van Senegal naar Dakar te fietsen.
Voor we eindelijk alles klaar hebben en afscheid genomen van Salva (Spanje) en Daniel (Zwitserland), 2 andere fietsers, is het 10 uur. Het is warm. In de stadswijk op het vasteland gaat straks een wielrenwedstrijd beginnen.
Iedereen heeft gezegd dat het gebied waar we heen fietsen niet bijzonder is en erg warm. Juist daarom gaan we met eigen ogen kijken of het wel waar is wat men zegt.
Na 40 km landinwaarts fietsen, wordt de hitte droog en bijna ondraaglijk. Overal tanken we water en we drinken líters! Toch houden we een droge keel. De omgeving is erg saai.
In Ross- Bethio stoppen we. We hebben geen eten meegenomen, dus gaan we hier op zoek naar brood. Da’s nog moeilijk. Uiteindelijk vinden we een droog, luchtig stokbrood dat niet vult. We hebben dus nog steeds honger!
Coen gaat op oliebollenjacht. Oliebollen zijn altijd overal en vullen tenminste.
Na 30 minuten komt hij terug, zonder bollen, met een bebloed gezicht! Tegen een scherp golfplaatdakje aangelopen en nu een gat in z’n hoofd. Ik maak alles schoon en we vinden het niet nodig om het te laten hechten, het is maar een klein sneetje… Even later gaat hij bijna plat, het is een leuk dagje. Ik ga maar op zoek naar een slaapplek. Gelukkig kunnen we bij de buurman, die veearts is, in het kantoortje slapen. Het is een aardige familie en ontzettend gastvrij.
We koken onze macaroni en doen verder rustig aan.
Dagtot: 53 km
Totaal: 7512 km
Dag 142, 02-04-2006:
Ross-Bethio - St. Louis
Coen heeft hoofdpijn, ik heb keelpijn. We fietsen verder richting Richard Toll. Onderweg zien we een leguaan van ongeveer 1 meter lang die de weg oversteekt.
Na 25 km hebben we echt genoeg van de saaie weg, de tegenwind en de warmte. Onder het genot van water met droge biscuitjes onder een boom in de schaduw, besluiten we om te keren en naar het zuiden te gaan. Onderweg last van de droogte, warmte en flauwtes.
’s Avonds komen we uitgeput en uitgehongerd in St. Louis aan, waar we intrek nemen in ons oude kamer. Tegen de tijd dat ik wil douchen is het water weer uitgevallen…
Dagtot: 106 km
Totaal: 7618 km
Dag 143 t/m 145, 03-04-2006 t/m 05-04-2006:
St. Louis - Gandiol (Zebrabar)
Over de Zebrabar hebben we veel gehoord. Het is een camping, gerund door Zwitsers, in een natuurpark. Op de camping zijn gratis kano’s beschikbaar, dat vinden we allebei leuk en dus besluiten we naar de camping te gaan. Het is er erg mooi en rustig. We zijn bijna de enigen, er is nog een Duits stel op weg naar Zuid Afrika met de auto (Toyota Land-Cruiser). Het kanoën is leuk. Weer op de kant zien we Lisa (Nieuw Zeeland) en Xabi (Spanje). Dat zijn ook fietsers met veel ervaring. We hadden van Salva al over hen gehoord. Lisa vertelt erg grappige verhalen en we lachen ons dood! Erg gezellig.
Op de camping zijn mooie vogels, lichtblauw, donkerblauw, lange”toucan”snavels e.d.
Het is heel rustig en we blijven nog een dag. Lekker boekje lezen in de hangmat, af en toe eten en we branden de foto’s op Cd’s zodat we die een keer naar huis kunnen sturen.
Elke ochtend lopen we het dorpje in om brood te halen. De vrouwen zitten al vroeg hun koopwaar aan te bieden onder de boom. Als we aan komen lopen, rennen ze ons al tegemoet met tomaten, uien en olieballen. Iedereen verkoopt hetzelfde en het is erg grappig om te zien hoe ze handelen. ’s Avonds geven ze het bijna gratis weg!
De derde dag sta ik op met enorme hoofdpijn, strontverkouden en niet lekker. We moeten nog een dag blijven.
Dagtot: 26 km
Totaal: 7645
Dag 146, 06-04-2006:
Zebrabar - Louga - Gueoul
Lisa en Xabi zijn gistermiddag vertrokken over een piste naar het zuiden. Wij vragen nog even na over welke piste goed is en nemen een andere piste. Die van Lisa en Xabi blijkt dood te lopen.
Een prachtig gebied is het. Wel droog en dor, een echt steppe landschap.
Ik heb nog steeds hoofdpijn en veel last van gesnotter, maar het fietsen gaat wel.
Na 11 km komen we op een mooie asfaltweg. Er staan nu veel bomen. Baobabbomen, en veel bomen met frisgroene blaadjes die de koelte bijna uitstralen.
Na 25 km eten we in Fass een broodjes. Zodra we van de fiets stappen komen er drommen kinderen op ons af. Ze hoeven niet naar school jammer genoeg, het is vakantie.
We proberen rustig te eten, met 50 kinderen op minder dan een meter afstand, hangen aan de fietsen. Als we weg willen blijkt de fietspomp weg te zijn!!
Mensen denken dat het vanzelfsprekend is, dat je als blanke alles kunt missen en dat we genoeg reserve bij ons hebben. Dat hebben we dus niet en Coen gaat naar het dorpshoofd om de pomp te zoeken. Het is vast een kwajongensstreek. Na 15 minuten is de pomp boven water en fietsen we verder.
Het fietsen gaat erg lekker. De wind mee en een mooie omgeving.
In Louga ontmoeten we Vincent en Jeremy uit Frankrijk. Zij nodigen ons uit voor het eten. Na dat eten wat bestaat uit rijst een stukje aardappel, een stukje wortel en een stukje aubergine, heb ik nog trek. We fietsen de stad in en eten bij een kerk een broodje. We komen mango’s tegen en kopen die. De vitamines kunnen we wel gebruiken.
Onderweg verkopen veel vrouwen fruit. Als we stoppen komen zo’n 6 vrouwen op ons afgestormd en duwen de zakken in ons gezicht
In een klein dorpje, Gueoul, kunnen we in een gemeenschapsgebouw slapen. Luxe: een lokaal met ventilator, een douche en wc en licht.
Dagtot: 90 km
Totaal: 7736 km
Dag 147 t/m 151, 07-04-2006 t/m 11-04-2006,
Gueoul - Tivaouane - Mboro - Lac Retba - Dakar - Mbour - Fatick - Foundiougne
We hebben de laatste tijd veel uitgerust en nu kunnen we er weer lekker tegenaan op de fiets. We hebben allebei veel zin om verder te gaan naar het zuiden. Het wordt steeds groener en langs de kust is de temperatuur aangenaam.
Onderweg komen er openbaarvervoer busjes langs met grote luidsprekers op het dak, waar muziek uit komt (religieus gejengel). Er is een feest in Tivaouane en alle moslims gaan erheen om te bidden.
In deze hoek van Afrika zijn er door China peuterspeelzalen gebouwd. Elk dorp en gehucht heeft zo’n bouwwerk. Ze zien er allemaal hetzelfde uit, ingericht met meubeltjes, boeken en schriften. We slapen 1 nacht in zo’n ‘huisje’.
De volgende dag fietsen we naar Lac Retba (vlak bij Dakar). Dat is een roze meer dat heel zout is en waar ook zout gewonnen wordt. De gevaarlijke woestijnrally Parijs - Dakar eindigt hier elk jaar zo rond half januari.
De weg naar Dakar is erg druk, langs de kant zitten aasgieren. Overal is verkeer en ze rijden als gekken. Niet hard maar wel zonder te kijken. Er hangt een zwartgrijze damp van uitlaatgassen.
Dakar vinden wij niet bijzonder. Het is zondag en veel winkels zijn dicht. Het is een stad met hoogbouw en veel troep. Het centrum ziet er wel netjes uit. We fietsen een rondjes langs het paleis, de kathedraal, en wat andere gebouwen, schudden het gajes van ons af en fietsen de stad weer uit.
Ten zuiden van Dakar is de Petite-Cote. Dit moet een mooi gebied zijn waar veel toeristen heen gaan. Er staan ontzettend veel Baobabbomen, maar verder valt de omgeving tegen. De afgelopen 4 dagen fietsen we al door eenzelfde omgeving. Waarschijnlijk ervaren we de omgeving en het land al zo anders, dat wat in de gidsen staat niet meer voor ons geldt. Het valt dus een beetje tegen.
Om toch nog een beetje van de Petit-Cote mee te krijgen, gaan we via Foundiougne naar Kaolack.
Met een pontje moeten we over naar Foundiougne. We komen er aan en we moeten 3 uur wachten.
Frans en Anne-Lise komen aan in hun oranje besteleend. Ook op weg naar Zuid Afrika.
Het is leuk om weer een Nederlanders tegen te komen. Het gesprek gaat voornamelijk over de ervaringen in Afrika en er is veel herkenning.
Hoe zuidelijker we komen, hoe meer er “toubab”naar ons geroepen wordt. Toubab betekent blanke/ witte. Niet alleen kinderen roepen, ook volwassenen. Het erge is dat toubab bijna altijd gevolgd wordt door: “Donnez-moi …”, geef mij…. Ze willen van alles van ons hebben. Geld, snoep, kleding, de fiets, de fietspomp, pennen e.d. We worden er helemaal gek van.
Totaal: 8152 km
-
28 April 2006 - 07:47
Janine En Fons:
Hallo Diënne en Coen
Leuke foto's en natuurlijk hebben wij jullie verslag weer verslonden. Zo leren wij ook een beetje van de wereld. Veel succes op jullie reis verder en wij volgen alles natuurlijk op de voet. Liefs en groetjes ook van Jos, Janine en Fons -
28 April 2006 - 09:07
Cees En Eef:
weer een leuk verslag. Jullie zijn nu in een streek waar wij ook geweest zijn, veel hotels aan de kust maar heerlijk om even op kracht te komen, denk ik.
Groeten van een nog steeds te kouden noorden. doei -
07 Mei 2006 - 07:01
Paula En Cees:
Hey luitjes,
Wij zitten nu in Westpoint beach New Zealand en ook daar zijn jullie luid en duidelijk te volgen, Geniet en blijf voorzichtig. Dike kus van julle vrienden uit Spanje. Paula en Cees Ribbe
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley